Saturday, April 4, 2015

ING en de bonussen - uit: De Schaduwelite voor en na de crisis, pp. 210-211


Of neem het anonieme dreigement van ING op 30 juni 2014 in Het Financieele Dagblad dat de bank broedde op verplaatsing van delen van het hoofdkantoor naar Frankfurt of Londen om het Nederlandse bonusplafond van 20 procent van het vaste salaris te omzeilen. Volgens de krant speelt de bank met scenario’s om sommige concernfuncties – stafdiensten, risicomanagement, financiering en enkele zakenbankfuncties worden genoemd – onder te brengen in andere jurisdicties. Dat heeft mede te maken met het bankentoezicht, dat onder de Europese bankenunie in Frankfurt wordt ondergebracht en de Europese dominantie van het Londense financiële centrum, dat sinds de crisis alleen maar is toegenomen. Maar de bonuskwestie speelt wel degelijk ook een rol, zo vertelde CEO Ralph Hamers begin augustus in een interview aan de Financial Times. Hij liet weten ‘niet blij’ te zijn met het Nederlandse bonusplafond en zich te verbazen over het gemak waarmee het kabinet over het belang van een gelijk Europees speelveld heenstapte; daar was de Europese bankenunie toch voor bedoeld? Hamers voegde eraan toe dat ING mogelijk zou kunnen besluiten om bonusgevoelige activiteiten als zakenbankieren en vermogensbeheer te verplaatsen naar andere landen.

De CIO van ING Vermogensbeheer, bedrijfseconoom Hans Stoter, deed er in een interview met het wekelijkse vermogensbeheerkatern van de Financial Times van 10 augustus 2014 nog een schepje bovenop. Daarin liet Stoter weten zich geen zorgen te maken over het Nederlandse bonusplafond. Stoter: ‘Zelfs in de Nederlandse context ben ik ervan overtuigd dat we erin zullen slagen onze mensen te belonen zoals het hoort’ [mijn cursivering].’ Volgens Stoter is het plafond van 20 procent namelijk een gemiddelde voor de bank als geheel en geldt het niet per individu. Dit geeft ING voldoende flexibiliteit om waar gepast hogere bonussen uit te keren [mijn cursivering]. Ook over de bankierseed laat Stoter zich laatdunkend uit, omdat het normen vastlegt waar vermogensbeheerders zich toch al aan houden: ‘Ik ken niemand die zoiets heeft van, dit is een belangrijke gelofte die ik hier afleg. Dit zijn huis-tuin-en-keukennormen die simpelweg samenvatten wat je toch al moet doen – beloven de belangen van je klanten te dienen. Als je dat niet doet, lopen ze bij je weg en ga je over de kop.’


Als de bedoeling van de minister was om via wetgeving een nieuwe betalingsnorm, en dus betalingsmoraal, af te dwingen, komt hij afgaand op de uitlatingen van Stoter en Hamers van een koude kermis thuis. Als het dienen van klantenbelang hetzelfde betekent als het vóór de crisis betekende, zijn we geen millimeter opgeschoten. En als de betalingsnormen die bankiers voor gepast houden net als vóór de crisis afgemeten worden aan wat in The City wordt uitgekeerd, fungeert het Nederlandse bonusplafond niet als nieuwe norm, maar als populistisch piketpaaltje waar de amorele beloningsdeskundigen van Hay Group handig omheen manoeuvreren. Met mondialisering en gelijk speelveld als legitimatie en vertrek als chantagemiddel.

No comments:

Post a Comment